De verwachtingen waren hoog gespannen toen, voor aanvang van het seizoen 1990-1991, opnieuw de NCRV-bokaal werd gewonnen door Heerjansdam te verslaan in de finale op het veld van VVOG In de competitie bleek ook nu weer dat er hoge ogen werden gegooid. De laatste competitieronde moest de beslissing brengen. G.V.V.V., DOVO en Spakenburg waren nog in de race.
Spakenburg werd door G.V.V.V. voor 4.000 toeschouwers met 6-0 afgedroogd. Doordat ook DOVO zijn laatste wedstrijd won, volgde er voor het zaterdagvoetbal de unieke situatie dat de twee Veenendaalse kemphanen via een beslissingswedstrijd moesten uitmaken wie zich kampioen mocht noemen. Het werden er zelfs twee. De eerste wedstrijd, op het veld van G.V.V.V., eindigde voor 5.500 toeschouwers in een 1-1 gelijkspel. De tweede wedstrijd zou beslissend zijn: De eeuwige rivaal wist op eigen veld met 2-1 te winnen zodat de titel voor de neus van ‘de blauwen’ werd weggekaapt. Teleurstelling natuurlijk in het G.V.V.V.-kamp, het kampioenschap missen na in de competitie een zeer ruime voorsprong te hebben gehad.
Ook in het seizoen daarop, onder leiding van trainer Frans Koenen (hij was het seizoen daarvoor nog speler!), werd een gooi naar het kampioenschap gedaan. Helaas lukte dit weer net niet, men werd derde, maar toch werd er een periodetitel binnengehaald.
Nieuw sponsorbeleid
In 1991 werd gestart met een heel nieuw PR-/ sponsorbeleid binnen G.V.V.V. Dit had gelijk uitstraling. Het clubblad, de wedstrijdvizier, een Presentatiegids, vernieuwd briefpapier, een huis-aan-huis krant, het logo van G.V.V.V. werd meer aan het publiek ten toon gespreid en er werd een speciaal G.V.V.V.-shirt ontworpen. Kortom op alle mogelijke manieren werd G.V.V.V. een nieuw gezicht gegeven. De reclamebordencommissie ging nog voortvarender van start en dat bracht de vereniging uiteindelijk geen windeieren. Nee, een nieuwe dug-out, scorebord, verlichting rondom het hoofdveld en een nieuwe omheining werden uit de hoge hoed getoverd, en het mooiste moest nog komen.
Voorzitter Jelis Leppers blikte in 1992 terug op 45 jaar G.V.V.V. Ondanks de zonnige toekomst van de vereniging zag hij toch een “wolk aan de horizon”. Hij doelde hierbij op het ruimtegebrek op het sportpark Panhuis. Een steeds groeiende vereniging en een steeds stabiel blijvend aantal velden. De gemeente Veenendaal was een andere mening toegedaan, deze zag geen wolken maar een vermindering van het aantal voetballers in de toekomst. Het was de tijd dat iedereen op het sportpark Panhuis wist waar “De Groene Velden” lagen. Inmiddels zijn er toch wel activiteiten door de gemeente ondernomen in de vorm van het aanleggen van een zgn. WeTra-veld. Een veld waarop zowel getraind als gevoetbald kan worden en toch in goede conditie blijft. Of dit gekomen is door het stemadvies wat Jelis Leppers aan de leden van G.V.V.V. gegeven heeft is niet bekend. En of de voorganger van Jelis (die inmiddels raadslid voor het CDA was geworden) met dit stemadvies blij was, vertelt de geschiedenis ook niet.
Uitbreiden van de kantine
G.V.V.V. wist het aan het einde van het seizoen 1992/1993 weer net niet te redden in de race om de bovenste plaats. Ook bleek de functie van bestuurslid PR-zaken en sponsoring een wel erg zware en werd deze gesplitst. Zo bleek er ineens in het bestuur iemand van de sponsorgroep plaatsgenomen te hebben. Uitbreiding aan het einde van het jaar 1993 werden de plannen om G.V.V.V. uit te breiden openbaar gemaakt. In dit geval ging het niet om het ledental maar om de grootte van het clubhuis. Met maar liefst 16 meter moest er meer ruimte gecreëerd worden voor kantine, bestuur en sponsors. Uiteraard, zoals het de vereniging betaamt, moest het grootste deel door de eigen leden opgebracht en gebouwd gaan worden. Jammer genoeg is dit laatste niet helemaal uitgekomen, toch hebben een hoop leden hun steentje bijgedragen.
Financieel (o.a. door het kopen van obligaties) of materieel. Ook werd de term ‘het bruine café’ binnen G.V.V.V. afgeschaft. De ruimte werd namelijk ingericht als wedstrijdsecretariaat van de jeugd. Nog meer bouwactiviteiten waren de renovatie van de kleedkamers en de bouw van dug-outs op het tweede veld.
September 1994 stopt Cees Bruys met zijn bestuurlijke activiteiten. Maar liefst 35 jaar heeft (samen met zijn vrouw Jenny) lief en leed met G.V.V.V. gedeeld. Door de KNVB werd Cees, in de persoon van oud-scheidsrechter Floor Baas, onderscheiden met de gouden KNVB-speld. Een maand later werd de vergrootte kantine en de nieuw gebouwde ontvangstruimte officieel in gebruik genomen. Hiermee kan G.V.V.V. weer met een gerust hart de toekomst inkijken.
Een nieuw trainerstijdperk?
Begin 1995 werd bekend dat Frans Koenen G.V.V.V. ging verlaten en zou worden opgevolgd door Frans Adelaar. Voor velen een shock, voor anderen een nieuwe uitdaging. Koenen die als speler en trainer veel voor G.V.V.V. heeft betekend, en Adelaar waarvan alleen maar bekend was dat hij G.V.V.V. had dwars gezeten als speler van DOVO in beslissingswedstrijden om het kampioenschap.
In ieder geval ging de vereniging vol enthousiasme het nieuwe jaar in. Temeer omdat men zou beginnen met de voorbereidingen op 1997, waarin het 50-jarig jubileum zou worden gevierd. Ook een nieuwtje was de aanstelling van Frits van de Klift als Technisch Manager. Met deze benoeming werd de organisatie verder op een professioneler niveau gebracht.
De vruchten hiervan kunnen meestal niet op korte termijn geplukt worden. Het seizoen 1994-1995 eindigde voor het eerste elftal met een derde plaats en een periodetitel, een mooi afscheid voor Frans Koenen.
Het seizoen 1995-1996 verliep erg rommelig in sportief opzicht wel te verstaan. Met het eerste kon het alle kanten op, ook de verkeerde, maar uiteindelijk kwam alles nog goed en moest men het maar zien als een leerseizoen. Ook voor de nieuwe trainer Frans Adelaar.
Binnen de vereniging bleek een compleet elftal overschrijving naar een andere vereniging te hebben aangevraagd. Dit tezamen met spelers die stopten, zorgde ervoor dat het ledental bij de senioren behoorlijk terug liep. Het was weer het bekende probleem: in hoeverre laat je ‘vriendenelftallen’ de dienst binnen je vereniging uitmaken?
Jubileumjaar 1997
Loterijen zijn een must voor een vereniging. Hoe kom je anders aan de centen om leuke dingen te kunnen organiseren? Ook om het jubileumjaar te kunnen financieren was een loterij nodig. En dan natuurlijk niet zo maar een loterij, maar liefst een waar een personenauto valt te winnen op de feestavond in november. Het hele jaar waren er activiteiten, zowel voor jeugd als voor senioren. Waaronder wedstrijden tegen Feyenoord en PSV (de landskampioen). De competitie ‘96/97 werd behoorlijk hoopvol ingegaan. Allereerst was er een naamsverandering, men speelde nu in de hoofdklasse en verder was er een behoorlijke versterking voor het eerste elftal en de mannen van Frans Adelaar hadden er dan ook goed zin in.
Ook in de pers werd men als titelkandidaat nr. 1 gezien. Zoals we inmiddels weten is het eerste van G.V.V.V. kampioen geworden van de hoofdklasse A. Een optimaal resultaat voor de scheidende trainer Frans Adelaar. En een geweldige opsteker voor de vereniging. Wat wil je nog meer, je bestaat 50 jaar, je wordt kampioen met 50 punten en 50 doelpunten voor. Feest was het op de laatste dag van de competitie waar in een thuiswedstrijd moest worden gewonnen van de nummer twee, Zwart Wit ‘28. De uitslag was 3-0 en de vreugde was niet te beschrijven. Natuurlijk het laatste fluitsignaal, het feest op het veld, de rondrit, de ontvangst op het gemeentehuis (waar de burgemeester ‘enkele’ sigaren moest afstaan) en het feest in de kantine waren de hoogtepunten.
Hoogtepunt
Toch was er ook een speciaal hoogtepunt. En dat gebeurde tijdens de rondrit door Veenendaal, waar op een gegeven moment gestopt werd bij een huis op de Buurtlaan, nummer 100. Waar een man in een rolstoel met tranen in zijn ogen zit te kijken naar het gebeuren voor hem. De meesten begrijpen het misschien niet, de echte G.V.V.V.-ers echter wel. De man is Drikus de Kruiff, oprichter van het eerste uur. Waarmee de cirkel van vijftig jaar rond is. Helaas overleed Drikus enkele dagen voordat het jubileumfeest werd gehouden.
De kampioenscompetitie tegen FC Lisse en VVOG liep wederom niet al te best af. De spelers hadden de pap op en VVOG werd algemeen zaterdagkampioen.
Festiviteiten
Het gehele jaar 1997 kenmerkte zich door festiviteiten in het kader van het jubileum. Op 7 november werd een reünie gehouden, waar ook het eerste exemplaar van het jubileumboek werd gepresenteerd. Een week later was het tijd voor de officiële receptie waar verschillende sprekers de Veenendaalse vereniging loofden. Het belangrijkste cadeau bracht gedeputeerde Van Oosten als loco-commissaris van de Koningin in de provincie Utrecht mee. G.V.V.V. kreeg de Koninklijke Erepenning door Hare Majesteit de Koningin geschonken. Daarnaast wapperde vanaf die dag ook de nieuwste oranje KNVB-vlag met gestileerde leeuw op ‘t Panhuis, meegebracht en overhandigd door KNVB-bestuurder Van Zenderen.
Opmerkelijk was trouwens de bouwtekening die in een hoekje van de kantine hing. Het betrof een tekening van een te bouwen overdekte staantribune, die de gehele noordzijde van het hoofdveld bestreek. Ook ontving het bestuur een cadeau van financiële aard van de sponsorgroep SGV. De recette van de jubileumwedstrijden tegen Feyenoord en PSV werd in de clubkas gestort.
Een dag later, 15 november 1997, was het tijd voor het ‘echte’ feest. ‘s Middags was het in de VSW-hal (waar trouwens nog overblijfselen van tien jaar geleden te zien waren) de beurt aan de jongsten en ‘s avonds voor de ouderen. En u kunt er van op aan dat er op de echte G.V.V.V. manier is gefeest. Het leuke was dat de bediening gebeurde door leden van vv De Merino’s, net als tien jaar geleden. De Merino’s vierde haar 50-jarig jubileum in 1999, de bediening van hun feest gebeurde door kantinepersoneel van G.V.V.V.
Een oude bekende
Dit slaat op de nieuwe trainer van het eerste elftal, Henny de Man. Begonnen bij VRC, maar grootgebracht bij G.V.V.V. Speler van het eerste, trainer bij het tweede, interim trainer bij het eerste en na een periode trainerschap bij Otterlo begon hij in het jubileumjaar als hoofdtrainer bij G.V.V.V. Het seizoen 1997-1998 kon beginnen. Een moeilijke klus na het behaalde kampioenschap. Aan het einde van 1997 bleek dat er geen synergie was tussen trainer en spelers en werd besloten dat het contract na het seizoen niet zou worden verlengd. Gezien de prestaties geheel onverwacht. Maar toch in goed overleg. En het bestuur moest opnieuw op zoek naar een jonge, ambitieuze trainer.
Doorgaan
Natuurlijk is een 50-jarig jubileum een mijlpaal. Maar dat betekende niet dat er bij G.V.V.V. stil werd gezeten. Zo werden er plannen gepresenteerd om de kantine te gaan updaten. Een nieuwe keuken, vernieuwde kleedkamers, een nieuwe ruimte voor de scheidsrechters, een nieuw washok en nieuwe ruimtes voor de zowel de verzorgers van de jeugd als van de senioren moesten in het jaar 1998 gerealiseerd gaan worden. En passant werden er twee nieuwe kleedkamers gebouwd bij de al bestaande kleedkamers. En over de staantribune die gebouwd ging worden hebben we het al eerder gehad.
Per 1 januari 1998 was G.V.V.V. weer in het bezit van een echte supportersclub. Uiteraard werd als naam gekozen ‘De Blauwe’. Een nieuw fenomeen had zijn intrede gedaan. Er was een zogenaamd ‘keeperstrainerscollectief’ werkzaam bij G.V.V.V. Keepers en oud-keepers gingen de doelverdedigers van de lagere jeugdelftallen trainen. Voor de selectiekeepers waren al vaste trainers.
Louis van Gaal
Deze bekende trainer kwam in de voorbereiding van het nieuwe seizoen met ‘zijn’ Barcelona naar het ‘stadion’ Panhuis. Jammer genoeg niet met de internationals (waaronder verschillende Nederlanders) zij waren nog met vakantie als nasleep van het WK in Frankrijk. Toch was het een drukte van belang op zaterdag 25 juli. Dezelfde Louis opende de nieuwe staantribune voor aanvang van de wedstrijd. De wedstrijd zelf eindigde in een 1-0 overwinning voor de ‘Spanjaarden’. Het was trouwens het debuut van Bert Hendriks als nieuwe hoofdtrainer van G.V.V.V.
Aan het einde van 1998 werd de vernieuwde keuken in gebruik genomen door Janny Scholts. Na afloop van de wedstrijd G.V.V.V. – Huizen werd o.a. door aanvoerder Gerard van de Pavert een convenant ondertekend die geweld binnen de amateurvoetbal moet voorkomen, in ieder geval die intentie op papier zette. Ook werd bekend gemaakt dat hoofdtrainer Bert Hendriks in ieder geval nog een jaar langer bij G.V.V.V. zou blijven.
Een goed begin en een vreemd einde
Zaterdag 9 januari 1999 begon de bal weer te rollen. Niet in de competitie, maar in de oefenwedstrijd G.V.V.V. – Feyenoord. Het was de Rotterdammers blijkbaar goed bevallen het jaar daarvoor. Uitslag 0-4, toeschouwers 5.000. Het seizoen werd voortgezet met pieken en dalen. Zo bleek G.V.V.V. het doelpunten maken verleerd te zijn en werd wekenlang angstvallig naar de onderste plaatsen op de ranglijst gekeken.
Eind goed, al goed.
G.V.V.V. eindigde uiteindelijk als vijfde. En de laatste wedstrijd van het seizoen 1998-1999 was tevens een knaller van jewelste. Het gebeurde op het rode gedeelte van het sportpark Panhuis en de tegenstander was een oude bekende. Voor ons stond er niets meer op het spel, voor onze buren daarentegen veel meer. Bij een overwinning konden zij kampioen worden van de hoofdklasse B. Die overwinning kwam er pas in de laatste minuut en dus ook het kampioenschap. Deze wedstrijd was tevens de laatste wedstrijd van Gerard van de Pavert. Hij stopte ermee en als beloning (maar ook eerlijk verdiend) werd hij voor de zoveelste maal uitgeroepen als speler van het jaar.
Op 6 maart 1999, in de wedstrijd G.V.V.V.-VVGZ, maakte Jan van Rabenswaay (in de 66e minuut) het 1000ste competitiedoelpunt voor G.V.V.V. De wedstrijd eindigde trouwens in een 7-3 overwinning. Aan het begin van 1999 had G.V.V.V. een nieuwe Technisch Manager. Zijn naam is Sjaak van den Helder en hij is daarmee de opvolger van Frits van de Klift die zich met het tweede elftal ging bezighouden. Een elftal wat al enkele seizoenen geleden naar de reserve tweede klasse is gedegradeerd en wat hoognodig impulsen verdiende.
Het spook
Deze waarde rond op menig sportpark in Nederland. De KNVB had besloten dat er een onafhankelijke klasse ingevoerd zou gaan worden. Een klasse tussen hoofdklasse en totodivisie. Uiteraard met een bepaalde status. Men kon hieruit degraderen, maar ook promoveren. En met het idee om op vrijdagavond te gaan voetballen. Lekker voor al die vrijwilligers! Gelukkig werd het spook bevochten en werd de dreiging van een onafhankelijke klasse door de clubs (zowel betaald als amateur) getorpedeerd.