Voorbeschouwing // Klassiek ‘blauw’ onderonsje, met vader tegen zoon

  • Voorbeschouwingen

Begin vorige maand stonden de media vooraf en na afloop van het duel Willem II versus RKC uitvoerig stil bij de sportieve strijd tussen vader en zoon. Vader Joseph Oosting als coach van RKC, en zoon Thijs als kersverse speler van Willem II. Mede door twee goals van zoonlief wonnen de Tricolores dat duel met 3-1. Komende dinsdagavond is er op het sportpark Panhuis zo’n zelfde familie strijd te zien. Vader Gery Vink als oefenmeester van G.V.V.V. krijgt dan zoon Wilmilio als speler van Spakenburg op visite.

Zoon Wilmilio en vader Gery Vink, hebben geheel tegenstrijdige belangen.

Van haver tot gort

Voor de trouwe lezers van deze vooruitblikken zal het niet nieuw zijn en vallen we wellicht in herhaling. Maar voor de ‘zo af en toe bezoekers’ van dit onderdeel van deze website, willen we nog maar eens benadrukken dat SV Spakenburg in de bijna 75-jarige geschiedenis van G.V.V.V. de club is waartegen veruit de meeste onderlinge robbertjes zijn uitgevochten. IJsselmeervogels (69) en Kozakken Boys en DOVO (ieder 56) komen op plaatsen twee en drie. Inclusief de eenmalige beslissingswedstrijd om het kampioenschap van de topklasse in ’13-’14, en de strijd om de zaterdagtitel in ’84-’85, staan er gerekend vanaf 1960, toen beide blauwgehemde teams voor het eerst bij elkaar waren ingedeeld in de toenmalige tweede klasse – wat toen ook het hoogste zaterdagniveau was – al 80 uitslagen genoteerd in de annalen van de beide grootmachten van het zaterdagvoetbal.
Daarnaast werden ook de degens gekruist in eenmalige wedstrijden in het kader van de districts- KNVB- en NCRV beker, nacompetitie en in een aantal oefenpotjes. Totaal daarin ook twaalfmaal G.V.V.V. – SV Spakenburg of vice versa, dus het magische getal van 100 komt zo langzamerhand binnen bereik.
Daarmee is de conclusie gerechtvaardigd dat de beide kemphanen, die zaterdag dus voor de 81ste keer in de competitie tegenover elkaar komen te staan, elkaar van haver tot gort kennen en is de kwalificatie klassieker niet uit de duim gezogen.

Grootmacht

Dat onze gasten worden gerekend tot de grootmachten onder de amateurclubs in Nederland wordt bevestigd door het feit dat zij in de ranglijst aller tijden die gedurende 40 seizoenen Eerste- en Hoofklasse is opgemaakt, daarin achter buurman IJsselmeervogels en Quick Boys de derde plaats innemen. Niet verwonderlijk dan ook dat Spakenburg bij de invoering van de Topklasse in 2010 direct present was en in de zes seizoenen die daarin volgden, voordat de Tweede Divisie haar beslag kreeg, zich overall het beste jongetje van de klas toonde, door o.a. twee kampioenschappen – waarvan een onder leiding van de voormalig G.V.V.V. coach Jochem Twisker – en daarmee Rijnsburgse Boys en HHC Hardenberg achter zich hield. Hoewel minder overtuigend, was een zesde plek in het laatste jaar Topklasse, toch voldoende voor een debuut in de Tweede Divisie in ’16-’17 en ook daarmee bewezen de blauwen van sportpark De Westmaat hun status.

Bittere pil

Waar wat niemand in amateur voetballend Nederland had durven voorspellen gebeurde toch. Spakenburg kende daarin een seizoen met zoveel misperen, trainerswissels, weggestuurde spelers, en tussentijds nieuw aangetrokken spelers, dat het collectieve falen niet verbloemd kon worden. Alle geprobeerde schokeffecten brachten zeer weinig soelaas en aan het einde van de rit was het behalen van de nacompetitie het maximale resultaat. Aangezien Spakenburg in Topklasse jaargang ’12-’13 al eens eerder met dat bijltje had gehakt en daarin over de rug van Bennekom en ACV zich toen alsnog handhaafde, bestond er aan de boorden van IJsselmeer nog flink hoop op zo’n zelfde scenario. De start tegen USV Hercules, periode kampioen van de zondag Derde Divisie, bracht over twee wedstrijden via het positieve doelsaldo nog hoop in de harten van alle blauwe Spakenburgers. Maar die hoop smolt als sneeuw voor de zon toen het in het tweeluik met Rijnsburgse Boys beide duels verloren gingen en Spakenburg voor het eerst sinds haar bestaan in 1931 degradeerde.
Een zeer bittere pil voor de altijd trouwe en fanatieke aanhang van de ploeg, maar uiteraard ook voor de gehele club.

Roy Terschegget (r.) zit Kai Huisman dwars tijdens het duel op De Westmaat eerder dit seizoen.

Terugkeer

Spakenburg zou Spakenburg niet zijn als het deze forse tegenslag niet bij kop en kont aan zou pakken. En dus werden er de nodige versterkingen aangetrokken en werd trainer John de Wolf overgehaald om de blauwe zijde van sportpark Panhuis te verruilen voor die van De Westmaat. De opdracht voor de voormalig cultheld van Feyenoord  – en nu assistent trainer bij zijn oude liefde – met zijn vernieuwde selectie was duidelijk, zorg ervoor dat het bedrijfsongeval direct wordt rechtgezet.
En dat lukte op een alleszins overtuigende manier. Want van de 34 speeldagen voerde Spakenburg in maar liefst 22 daarvan de koppositie aan. Precies voor de winterstop werd die opnieuw veroverd en daarna niet meer afgestaan, met als gevolg het kampioenschap en terugkeer naar de Tweede Divisie.

Lat hoger

Een plaats bij de eerste zeven, was het uitgangspunt als herintreder in de Tweede Divisie voor de De Wolf discipelen. De doelstelling werd niet gehaald in seizoen ’18-‘19. Spakenburg eindigde met 52 punten op negende positie, met drie punten voorsprong op G.V.V.V. dat een plekje daaronder eindigde. De jaargang daarna, die in maart 2020 voortijdig eindigde, werd die taakstelling precies gehaald. Dat gebeurde voor het grootste gedeelte onder leiding van coach Eric Meijers, want De Wolf werd begin november 2019 verleid om naar De Kuip te komen. Meijers op zijn beurt werd toen door Spakenburg losgeweekt van derdedivisionist VVSB.
Maar de lat moet in Spakenburg altijd hoger en daar werd in ’20-’21 een aardige stap in gezet. Want toen de competitie tot stilstand kwam na zes duels was de Meijers brigade nog ongeslagen en had men 12 punten verzameld wat een gedeelde tweede plek op de ranglijst opleverde.
Ondanks de lange coronabreak liepen de Spakenburgers niet weg voor de volop brandende ambities aan het begin van dit seizoen. Want na een paar jaar van bouwen was het tijd om te gaan oogsten. Trainer Meijers liet daarover aan het begin van deze jaargang het volgende optekenen in het AD:

“Ik vind het juist fijn dat de lat voor komend seizoen hoog ligt. We willen geen grijze muis zijn. We hebben een goede ploeg. We willen heel graag kampioen worden. Maar we moeten andersom wel reëel zijn. Met onder andere AFC, Katwijk, Quick Boys, Kozakken Boys, HHC Hardenberg, Rijnsburgse Boys en IJsselmeervogels zijn er veel meer gegadigden. Voor een kampioenschap moet ook echt alles op zijn plek vallen. De jongens zijn wel heel hongerig om weer te beginnen, merk ik. Dat is alvast een goed teken.
De gooi naar de titel is mogelijk door de zorgvuldig geselecteerde selectie die er nu staat. We hebben niet Jan en alleman naar Spakenburg gehaald. Het zijn allemaal gerichte versterkingen, vooral om als team beter te worden. Bij ons moet ook iedere speler zich ondergeschikt maken aan het collectief. Het beste team speelt.”

Kruis- en dwarsverbanden

Maar alle goede wil en ambities ten spijt, zag de Nijmeegse coach dat zijn toch uitstekend samengestelde ploeg zeer weinig tastbare resultaten behaalde. Begin november jl. was men op de voorlaatste plaats beland en dat was de bekende druppel voor de bobo’s die de emmer deed overlopen. Er was al besloten dat er geen vervolg zou komen voor Meijers voor een volgend seizoen en dat Patrick Loenen – nu coach van Sportlust ’46 – hem op zou volgen, maar door de magere sportieve prestaties was direct ontslag het gevolg.
Meijers werd opgevolgd door Chris de Graaf. Hij was al eerder assistent geweest onder De Wolf en interim hoofdcoach voordat Meijers kwam. Tegelijkertijd met de aanstelling van De Graaf kwam het toch wel verrassende bericht naar buiten dat Jochem Twisker (die half oktober vorig jaar in goed overleg de samenwerking met G.V.V.V. beëindigde, zoals dat zo mooi heet) zou terug keren bij zijn oude liefde in de rol van mentor voor de pas 34-jarige en dus redelijk onervaren Chris de Graaf.  Een interview in het AD met Twisker leverde de volgende quotes op:

“Er zullen dingen gerepareerd moeten worden, zeker als je bedenkt welke mogelijkheden er bij Spakenburg allemaal zijn”, stelt Twisker in gesprek met de krant. “Maar voor een analyse is het wat mij betreft nog te vroeg. Dat vind ik ook wel te makkelijk, ook richting Eric Meijers. Ik heb zelf helaas ook ervaren om iets niet voor elkaar te krijgen. Ik ga daarom ook niet roepen dat deze groep een harde hand nodig heeft of dat de trainingen van Champions League-niveau zullen zijn.”
Hij heeft geen enkele moeite met een rol in de luwte: “We doen het samen, maar Chris wordt het uithangbord. Ik vind dat helemaal prima.” De Graaf op zijn beurt heeft al wel een analyse gemaakt en zal in eerste instantie gaan werken aan de verdediging, die al veel tegentreffers moest slikken: “Dat dat prioriteit nummer één wordt, dat zal geen verrassing zijn. Maar tegelijkertijd hebben wij ook onze ideeën over het voetbal dat we willen spelen. Die zullen we proberen over te brengen. Ik zal er ziel en zaligheid in stoppen, dat is zeker. En dan hoop ik dat 
Spakenburg er over een tijdje heel wat beter voor staat.”

Opmerkelijk is ook nog dat kort na de terugkeer van Jochem Twisker bij Spakenburg bekend werd gemaakt dat hij volgend seizoen werkzaam zal zijn als coach van Sportlust ’46 als opvolger van de nieuwe oefenmeester bij Spakenburg in seizoen ’22-’23, Patrick Loenen.
Ja, de kruis- en dwarsverbanden zijn in de voetballerij bijna nooit ver weg.

Jochem Twisker zal nu in de gasten dug-out plaatsnemen.

Lek boven water

De analyse van De Graaf, de hoop van Twisker en de uitvoering daarvan door dat tweemanschap in de praktijk, uiteraard in eendrachtige samenwerking met hun discipelen, heeft onze gasten voorlopig al de broodnodige punten opgeleverd en daarmee spurt omhoog richting de veilige middenmoot.
Want sinds het aantreden van dit leidende duo, half november jl. heeft Spakenburg uit acht duels maar liefst 19 punten weten te peuren. Dat gebeurde door 6x winst, 1x verlies en een gelijkspel in de moeder aller derby’s tegen de rode buren van sportpark De Westmaat. Even indrukwekkend is het behaalde doelsaldo uit die acht ontmoetingen, namelijk 19 voor en 5 tegen.
Spakenburg bleef doorgaan met waar ze voor de trainerswisseling ook al goed in waren, namelijk het scoren van treffers. Het gemiddelde van bijna twee goals per wedstrijd toen, is nu meer dan twee. Maar defensief ging dus echt het bijna niet te kraken slot op de deur. Het aantal tegentreffers stond voor de komst van het duo De Graaf/Twisker op 29 en daar zijn er nu slechts vijf bijgekomen. Daarenboven zijn de blauwen van sportpark De Westmaat ook nog zeer kansrijk in de strijd om de tweede periodetitel, daarin hebben ze voorlopig de minste verliespunten geleden. Kortom het lek in de Spakenburger botter lijkt geheel boven water te zijn.

Van het ene blauw naar het andere

Naast de al eerder geconstateerde familiestrijd tussen vader en zoon Vink, en coach Twisker die het nu voor het zeggen heeft bij opponent, zijn er normaliter gesproken op het veld komende dinsdagavond ook twee man die beiden een verleden hebben bij beide ploegen.
Bij onze gasten is dat Roy Terschegget die in 2019, na negen seizoenen met daarin 285 duels, het Veense blauw verruilde voor het Spakenburger blauw. En van dat clubicoon werd onlangs bekend dat hij volgend seizoen nog een keer een ander blauw tenue zal aantrekken, namelijk dat van zusterclub De Merino’s. Roy en blauw zijn dus op voetbalgebied een onvermijdelijke twee-eenheid. Want zijn weg voerde hem langs G.V.V.V., Heerenveen, De Graafschap, weer G.V.V.V., Spakenburg en De Merino’s. Het wordt daarom de laatste keer dat Terschegget in competitieverband in actie komt tegen zijn voormalige club. Voor Roy zullen die sentimenten vermoedelijk niet zo’n grote rol spelen, dat bewees hij vorig seizoen al toen hij in Veenendaal een van de steunpilaren was van Spakenburg die er met een zeer verdiende 0-3 winst vandoor gingen. Misschien dat die sentimenten wel gelden voor vader Martien – zelf ook een clubicoon van G.V.V.V. – en moeder Ans. Want het ouderpaar Terschegget is natuurlijk supporter van hun zoon, maar zeker ook van onze club. Wellicht hopen zij dat er geen winnaar komt, dan kan de liefde voor zoon en club keurig worden verdeeld. En wellicht is zoiets ook het geval voor vader en zoon Vink.
Ook voor Tom Oostinjen zal hoogstwaarschijnlijk en hopelijk gelden dat hij het Spakenburgse blauwe gevoel aan de kant schuift in dit onderlinge treffen. Want voordat hij in 2015 vertrok naar Spakenburg en daar vier jaargangen in dienst bleef, speelde de verdediger/middenvelder al vier jaar op de blauwe zijde van het sportpark Panhuis. In 2019 keerde hij daar weer naar terug en hij geeft nu zijn beste krachten aan de club waar het voor hem op het hoogste podium begon. En die plaats op dat podium moet nu met hand en tand worden verdedigd en dan is er geen plaats enig sentiment. Hopelijk denkt Jordi Bitter er ook zo over. Hij kwam aan het begin van dit seizoen over van Spakenburg naar het sportpark Panhuis, en hoewel zijn verblijf beperkt blijft tot deze jaargang, hij gaat volgens seizoen aan slag bij de amateurs van Ajax, kan Bitter zorgen voor een bittere pil bij zijn voormalige voetbalmaatjes.
Handjes schudden en plagerijtjes vooraf uitdelen via de socials zal sowieso wel gaan plaatsvinden, maar zelf strijden om de punten tegen je voormalige club en ploeggenoten is uiteraard de ultieme uitdaging voor zowel Oostinjen, Bitter als Terschegget.

Hopelijk kunnen Tom Oostinjen (l.) en Jordi Bitter hun voormalig ploeggenoten dwars zitten.

Favorietenrol voor gasten

We hoeven er geen doekjes om te winden, want de stand op ranglijst geeft overduidelijk aan dat onze gasten in dit 81ste klassieke blauwe onderonsje de favorietenrol hebben. Dit wordt nog versterkt als je weet dat de laatste drie competitieduels, waarvan twee in Veenendaal en een in Spakenburg, allemaal eindigden in winst voor de bewoners van sportpark De Westmaat.
De heenwedstrijd eindigde op 18 sept. jl. door een pingel van Floris van der Linden en een goal van Vink jr. in 2-0. De 0-3 van vorig seizoen hebben we al benoemd en in ’19-’20 werd het 1-2. Daarenboven is de totale balans van alle tot nu toe gespeelde duels zeer overtuigend in het voordeel van Spakenburg zoals u hieronder duidelijk kunt zien.

Hoewel de thuisbalans iets minder negatief uitslaat voor de mannen van trainer Gery Vink kan ook daaruit de underdog rol niet worden ontkend. Het enige lichtpuntje dat we kunnen aanwijzen is het feit dat de allerlaatste ontmoeting in Veenendaal geen winnaar kende. Hoe kan dat nu zult u wellicht zeggen, want er staan hierboven toch alleen nederlagen vermeld?
Het antwoord daarop is, dat er op 4 december van het vorige jaar, toen de competitie net was stilgelegd, toch mocht worden geoefend zonder publiek. Toen kwam Spakenburg dus naar Veenendaal voor het sparringpotje.
Van der Linden, huidig topscorer van de Jack’s League met 16 treffers, opende toen de score. Hicham Haouat net voor de rust, en Justin Spies net na de thee, zorgden voor de 2-1 voorsprong voor de thuisclub. Nico Kroonenberg maakte die voorsprong na ruim een uur spelen ongedaan, en verder kon het doel niet worden gevonden, derhalve werd de eindstand 2-2.
Op basis van deze statistieken zal het ongetwijfeld duidelijk zijn dat de thuisploeg en alle die hen steunen op voorhand zouden willen tekenen voor zo’n zelfde resultaat. En voor de familievrede is dat waarschijnlijk ook het beste.
Zo’n gelijkspel zet dan weliswaar niet zoveel zoden aan de puntendijk om het degradatiegevaar te bezweren, maar zou wel goed kunnen zijn voor het zelfvertrouwen van ons keurkorps dat daarmee dan tweemaal achtereen een in zeer goede vorm verkerende tegenstander weet te weerstaan. Maar dan moet minstens wel de dezelfde concentratie, ijver en inzet worden getoond als afgelopen zaterdag tegen Kon. HFC (1-1), want als het daaraan ontbreekt is G.V.V.V. als een dood vogeltje voor kat Spakenburg.
Het is dan ook de vraag bij dit inhaalduel of dat papieren statistische lichtpuntje in de praktijk kan worden ontstoken, of nog veel verrassender, kan oplaaien. Of krijgt de Vink brigade een worstcase scenario voor de kiezen zoals in de inleiding is beschreven?

Deze klassieker begint komende dinsdagavond om 20.00 uur en staat onder leiding van Dhr. N.B. Smit uit Huizen. De assistenten langs de lijn zijn Dhr. R. ter Hoeve en Dhr. M. Winckens. De vierde official is Dhr. M. Broekhuizen.

Tekst GVVV.nl: Bas van Capelleveen
Fotografie: Stefan Koops

Ander nieuws

Voorbeschouwing // G.V.V.V. ontvangt recordkampioen gelijke spelen vv Noordwijk

Voorbeschouwingen | 17 april 2024
Lees meer

Voorbeschouwing // Subtop plek handhaven is het devies in Almere

Voorbeschouwingen | 10 april 2024
Lees meer

Voorbeschouwing // Oppassen voor de spreekwoordelijke bananenschil

Voorbeschouwingen | 03 april 2024
Lees meer