Voorbeschouwing // Kan G.V.V.V. stunten tegen FC Den Bosch?

  • Voorbeschouwingen

Dat gaat naar Den Bosch toe, zoete lieve Gerritje, dat gaat naar Den Bosch toe, zoete lieve meid. Dit volksliedje uit de 19de eeuw had wellicht op de playlist gestaan van de G.V.V.V. bus als de loting voor de KNVB Beker was uitgevoerd zoals deze uit koker kwam. Maar omdat de amateurclubs in deze eerste ronde het thuisvoordeel krijgen, komt FC Den Bosch nu komende dinsdagavond op bezoek op het Panhuis.

Of dit liedje nu op het repertoire staat in de bus van FC Den Bosch die de A-selectie en staf zal gaan vervoeren richting sportpark Panhuis, en de tekst Den Bosch wordt vervangen door Veenendaal, wagen we ernstig te betwijfelen. De gemiddeld 23 jaar oude selectie van coach Jack de Gier zal hoogstwaarschijnlijk de voorkeur geven aan hiphop, rap, dance of Nederlandstalige hits om zich in de stemming te brengen om deze, voor hen eerste ronde van de ‘grote beker’, succesvol af te sluiten. Want dat zijn ze natuurlijk wel aan hun stand verplicht als eerstedivisionist tegen de thuisploeg die twee treden lager acteert in de derde divisie.

Zonder supporters

Helaas, helaas moet onze Bossche gasten dit doen zonder de aanmoedigen van hun (goedwillende) supporters. Want de clubleiding staat de komst naar Veenendaal van de aanhang niet toe, en anticipeert daarmee op een voorwaardelijke straf van een wedstrijd zonder uitpubliek mee te nemen, die al eerder door de tuchtcommissie van de KNVB was opgelegd, in verband met ongeregeldheden bij een wedstrijd in het vorig seizoen, en pasgeleden bij de uitwedstrijd tegen Willem II. Deze voorwaardelijke straf wordt nu geeffectueerd bij dit bekerduel.
Het is eigenlijk te triest voor woorden dat een groepje van zo’n 100 á 150 mensen het zo kan verknallen voor een veelvoud van de fans die hun club door dik en dun, en in vreugde en verdriet, altijd op een positieve manier willen en blijven ondersteunen. Maar ondanks het gemis van de supportersschare zijn en blijven onze gasten toch de favoriet om dit bekerduel winnend af te sluiten en zou het een stunt van jewelste zijn als de formatie van coach Gery Vink dat zou weten te voorkomen.

Ontstaan en historie FC Den Bosch

In 1897 werd de voetbalvereniging RKVV Wilhelmina opgericht en 10 jaar later ontstond in ‘s-Hertogenbosch de volksclub NOAD. NOAD veranderde de naam in BVV, om de verwarring met het Tilburgse NOAD (nu NAC = Noad Advendo Combinatie) te voorkomen. BVV (Bossche Voetbal Vereniging) groeide in het midden van de 20ste eeuw uit tot een nationale topclub, die een paar keer net naast de titel greep, maar in 1948 toch landskampioen werd. Opvallend detail is, dat BVV in die succesjaren niet in ‘s-Hertogenbosch haar thuiswedstrijden speelde, maar op Heidelust in het nabijgelegen Vught.

Het door de stad luid bejubelde kampioenschap in 1948 spoorde de gemeente ‘s-Hertogenbosch aan om voor BVV binnen de gemeentegrenzen een nieuw groot stadion te bouwen. In 1951 werd Stadion De Vliert geopend, op dat moment met zijn capaciteit van 30.000 toeschouwers, na Stadion Feyenoord en het Olympisch Stadion het derde stadion van Nederland. Met BVV ging het in De Vliert echter niet goed. In 1954 werd het betaald voetbal in Nederland ingevoerd. Maar BVV speelde slechts kort op het hoogste niveau, degradeerde in 1958, na een omkoopaffaire, uit de eredivisie en zakte vervolgens snel af naar de tweede divisie waarin stadgenoot Wilhelmina maar net het hoofd boven water kon houden.

Twee betaald voetbalclubs in een stad als ‘s-Hertogenbosch was volgens de lokale overheid zinloos en die stuurde dan ook aan op een fusie. Wilhelmina wilde op eigen kracht verder, maar BVV besloot vrijwillig naar het amateurvoetbal af te dalen. (BVV bestaat trouwens nog steeds en speelt in de zondag 3de klasse en werkt haar thuiswedstrijden af naast Stadion De Vliert). Een nieuwe stichting, FC Den Bosch, ging met de proflicentie van BVV in 1965 verder. Eén jaar speelde de nieuwe club met Wilhelmina als concurrent in de tweede divisie B. Want er was ook een tweede divisie A, die eveneens uit 15 deelnemers bestond. Daarnaast had je toen een eerste divisie met ook 15 voetbalclubs en een eredivisie met 16 teams. Kortom het (semi)betaalde voetbal herbergde toenmaals in totaal 61 voetbalverenigingen.

Na dat jaar besloot ook Wilhelmina zich aan te sluiten bij FC Den Bosch, dat toen zijn officiële naam FC Den Bosch ’67 kreeg. Wilhelmina keerde terug naar het amateurvoetbal. (Ook Wilhelmina heeft nog steeds bestaansrecht in Den Bosch, zij spelen momenteel in de zondag 4de klasse).

De fusie bleek een goede keuze, want voorzichtig leefde het voetbal in ‘s-Hertogenbosch weer op. FC Den Bosch ’67 kon prima meedraaien en groeide snel uit tot een vaste waarde in de eerste divisie. In het seizoen ‘70-’71 droomden veel Bossche voetbalfans 23 jaar na de landstitel weer van nieuwe topsuccessen, want de club maakte een magisch seizoen door. Er werden slechts twee wedstrijden verloren, het publiek kwam massaal naar de thuiswedstrijden (gemiddeld 10.150) en ver voor het einde van de competitie stond promotie naar de eredivisie vast. Dat gebeurde echter met een oud elftal waarin de zes dragende spelers allemaal ouder dan 33 jaar waren. Lang duurde het eredivisie-avontuur dan ook niet.

Degradatie volgde al in 1973. Ondanks veel publiek en een paar opmerkelijke voetballers. Zoals de latere internationaal Kees Krijgh, de blonde pijl Dick Beek, de Duitse spits Volker Graul, keeper Hans van der Pluijm en de Braziliaan Roberto Abruseze. Deze door de fans tot Pietje Pele (naar Appie Happie) gedoopte middenvelder bleek echter ook de grootste miskleun in het bestaan van de club. Abruseze was op dat moment de duurste aankoop van FC Den Bosch ooit, 150.000 gulden, maar speelde slechts 25 minuten.

Na de degradatie in 1973 moest ‘s-Hertogenbosch het weer tien jaar met eerste divisie-voetbal doen. Maar in 1983 volgde, na winst in de nacompetitie en dus promotie, weer een nieuwe en grote opleving, die langer duurde: waarbij je zou kunnen spreken van de zeven vette jaren.

Beide opponenten staan niet echt bekend als ‘cupfighters’, maar er zijn uitzonderingen die de regel bevestigen.

Zeven vette jaren

Bij de terugkeer in 1983 in de eredivisie eindigde men op een keurige 10de plek. Met de oud-internationals Theo de Jong en Rinus Israël als trainers werd FC Den Bosch in de volgende seizoenen zelfs een kandidaat voor Europees voetbal. Talenten als Hans Gillhaus, Arnold Scholten, Fred van der Hoorn, Ton Pattinama en de van Heracles overgekomen Hendrie Krüzen braken door. De twee meter lange keeper Jan van Grinsven werd landelijk bekend als penaltykiller van formaat en zelfs internationaal vermaard met een doelpunt in de slotminuut van een duel met Roda JC (2-2) in 1985 waarin de koppositie in de eredivisie op het spel stond. Dat memorabele doelpunt werd in de pers omschreven als “het mooiste onterechte doelpunt allertijden”.

De tweede stap, naar Europees voetbal, kon de club echter net niet maken. Nadat in de nacompetitie van 1983 en in de twee seizoenen daarna De Vliert regelmatig was volgelopen, raakte het publiek spreekwoordelijk de weg kwijt naar het grote Bossche stadion. Sponsors speelden destijds nog geen grote rol en businessclubs bestonden nog niet. FC Den Bosch kreeg met de dalende publieke belangstelling steeds minder financiële armslag en slaagde er dan ook niet in zijn jonge opmerkelijke talenten vast te houden. Arnold Scholten vertrok naar AFC Ajax. Gillhaus en Krüzen naar PSV. Jos van Herpen naar Feyenoord. Fred van der Hoorn naar Dundee United. Wim van der Horst en Ton Pattinama naar FC Utrecht. René van Eck naar FC Luzern. Jan van Grinsven naar MVV. De transfersommen konden door de te dure huishouding amper worden aangewend voor goede aankopen.

Te klein voor het tafellaken, te groot voor het servet

Sinds de degradatie van 1990 doet FC Den Bosch echter verwoede pogingen Volendam naar de kroon te steken als de ‘heen en weer’ van het betaalde voetbal. Vier promoties werden steeds gevolgd door onmiddellijke degradatie, waarvan de laatste in het seizoen ’04-’05 plaatsvond.
Sindsdien hebben de Blue White Dragons, zoals de bijnaam luidt, tevergeefs geprobeerd om terug te keren naar de het hoogst haalbare niveau op voetbalgebied in ons land, de eredivisie. Diverse malen werden de play-offs bereikt, maar telkens ging het mis. De laatste keer in 2019, versperde Go Ahead Eagles de weg omhoog.

Dat is in een notendop het verhaal van deze club die dus nu al decennialang op zoek is naar een nieuwe doorbraak. FC Den Bosch schommelt voortdurend tussen ere- en eerste divisie. De geschiedenis van de vicieuze cirkel aan het einde van de jaren tachtig herhaalt zich, want gebrek aan financiële armslag en een te kleine achterban staan een doorbraak in de weg. Want naast bovengenoemde bekende namen bracht de ploeg bracht nog steeds wel talenten voort, van wie Ruud van Nistelrooij, Anthony Lurling en Theo Lucius de bekendste zijn. Door de financieel wankele positie van de club vertrokken zij vroeger dan gepland, waardoor FC Den Bosch geen stabiele eredivisieclub kon worden en ook geen hoge transfersommen voor zijn toptalenten inde. Van Nistelrooij vertrok bijvoorbeeld in 1998 voor 650.000 gulden naar SC Heerenveen. Een jaar later voor 12 miljoen gulden (=ca. 5,4 miljoen euro) van SC Heerenveen naar PSV.

Bestaansrecht

Maar ondanks al deze, in verhouding, weinige ups en vele downs is wel zo klaar als een klontje dat FC Den Bosch nog steeds haar bestaansrecht meer dan heeft bewezen, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld de failliet gegane BVO’s zoals AGOVV, SC Veendam, RBC Roosendaal, FC Wageningen, en zo zijn er nog wel een paar te noemen. En dat is voor de club en haar aanhang ook heel veel waard. De liefde voor de club zit bij de echte blauwen diep vanbinnen. Dat komt wellicht ook door bevlogenheid en liefde voor de club van bekende spelers uit het verleden die in zware en moeilijke tijden bereid waren de handen uit de mouwen te steken door op het technische vlak de nodige verantwoordelijkheden te nemen. Dat deden o.a. René van Eck (129), Ruud Kaiser (128), Jan van Grinsven (400), Fred van der Hoorn (280), Wim van der Horst (260), Arnold Scholten (140) en nu coach Jack de Gier (96). Allen speelden de achter hun naam genoemde aantallen duels voor de Blue White Dragons.

Nieuwe eigenaars

Na de soap in 2018, toen Jordania jr., zoon van voormalig eigenaar van Vitesse Merab, dacht eigenaar te worden van de Bossche ploeg, waar de KNVB een stokje voor stak, en die uiteindelijke via gerechtelijke procedures werd beslecht, lijkt het erop dat FC Den Bosch sinds medio vorig jaar in financieel rustiger vaarwater is gekomen. De Amerikaanse Pacific Media Group, die al meerderheidsbelangen heeft bij een vijftal andere buitenlandse BVO’s, nam dat ook bij FC Den Bosch. De bestaande aandeelhouders, voornamelijk lokale investeerders, hebben zich verenigd in de BV Forza FC Den Bosch. Het gouden prioriteitsaandeel, waarmee onder andere de naam, clubkleuren, clubcultuur en vestigingsplaats gewaarborgd zijn, blijft eigendom van Stichting Behoud Betaald Voetbal ’s-Hertogenbosch. De club kreeg op 31 augustus 2021 groen licht van de KNVB voor de overname.

Langzaam groeien

Dat alles lijkt zo, in ieder geval voor een buitenstaander, een voorlopig prima oplossing om op langere termijn weer te gaan proberen om naar de top van eerste divisie toe te groeien. Maar dat zoiets niet op stel en sprong kan zal iedereen die de club oprecht liefheeft een reëel gegeven vinden. Daarom kan selectie van oefenmeester De Gier, die (nog) geen echt bekende namen kent, op voorhand nog weinig sportieve potten breken in de KKD. Maar wie wel eens naar de samenvattingen kijkt op ESPN van de duels in die competitie heeft ook kunnen constateren dat het keurkorps van onze gasten lang zo slecht niet speelt als de stand op de ranglijst (16de) doet vermoeden. Diverse nederlagen waren gezien het spelbeeld echt ongelukkig te noemen. Maar de mannen van coach Jack de Gier herstelden zich prima in de laatste twee duels met winst op Willem II, en afgelopen vrijdag moest Jong AZ er in de eigen De Vliert met 3-0 aan geloven. De ploeg weet dus weer wat winnen is en dat zal ongetwijfeld een boost hebben gegeven in de aanloop naar dit bekerduel.

Uitdaging

Voor G.V.V.V. is dit tweede duel in de ‘grote beker’, na eerder competitiegenoot Sparta Nijkerk met 1-0 geklopt te hebben, en in de aanloop naar de hervatting van de derde divisie op 29 okt. aanstaande natuurlijk een hele mooie uitdaging. Want hoewel het niveauverschil tussen Keuken Kampioen Divisie en het ontstaan van de lagere divisies in 2016 ondertussen best wel enige nivellering heeft gekend, is het toch nog steeds zo dat eerstedivisieclubs veelal de onderlinge potjes in oefenduels of bekerwedstrijden in hun voordeel weten te beslechten. Volgens diverse bronnen liggen de verhoudingen in percentage van winst, gelijkspel en verlies voor onze gasten op ca. 70 – 20 -10. Kort door de bocht hebben aanvoerder Joeri Potjes en zijn kompanen dus iets minder dan een kwart kans dat zij een verlenging uit het vuur slepen, En een nog kleiner deel dat de volgende ronde wordt bereikt.
Twee eerder gespeelde oefenduels tegen de Bosschenaren in ’14-’15 in en bij Den Bosch (2-1), en in ’18-’19 op het Panhuis (3-3), geven ook al aan dat winnen van deze BVO een moeilijke opgave wordt, dus dat benadrukt nog maar eens dat de percentageverdeling niet zo ver van de waarheid zal af liggen. Het is aan de Vink pupillen om die vaststelling te logenstraffen en daarmee sportieve revanche te nemen voor één eerdere bekerontmoeting met FC Den Bosch.

Eerdere bekerontmoeting

Die vond namelijk plaats op vrijdag 6 augustus 1999 onder leiding van scheidsrechter Jack van Hulten en 700 toeschouwers. Dat was toen de KNVB Beker nog een poulefase kende en geen directe KO-ronde. G.V.V.V. moest toen op bezoek in Stadion De Vliert. Het was het eerste duel in poule 11, met verder RBC Roosendaal en UDI ’19 als deelnemers.
De selectie van toenmalig trainer Martin Koopman bestond o.a. uit: Roël Liefden, Arnold Scholten, Henk Vos, Cedric van der Gun, Harry van der Laan, Rob Wielaert, Peter Uneken, Patrick Hobbelen, Patrick Deckers en natuurlijk niet te vergeten voormalig assistent-trainer en clubicoon Fred van der Hoorn. Maar grote man in die allereerste ontmoeting werd de Pool Krzysztof Bociek. Via Volendam, AZ en NEC maakte hij dat seizoen zijn debuut voor de Bosschenaren. Keeper Khalid Benlahsen – nu keeperstrainer bij Feyenoord – of Ruud van de Peppel, we konden niet achterhalen wie het doel toen verdedigde, moest viermaal de gang naar het net maken na treffers van deze spits, die dat keurig verdeelde over de beide helften. Na de pauze deden ook de beide Patrick’s (Hobbelen en Deckers) nog een duit in het doelpuntenzakje, zodat er na 90 minuten een eindstand van 6-0 op het scorebord stond. Het was voor FC Den Bosch helaas geen voorteken dat ze met de Pool een goalgetter hadden aangetrokken. Want in de twee seizoenen die hij uitkwam voor de Bosschenaren speelde Bociek slechts 15 duels en scoorde daarin nul keer.
In de verdere poule fase verloor G.V.V.V. met 4-1 bij RBC in Roosendaal en speelde thuis met 2-2 gelijk tegen UDI ‘19. Uiteindelijk werd RBC poulewinnaar en FC Den Bosch tweede. Beide BVO’s gingen dus door naar de KO-fase.
Wie zich hier vast nog wel wat van zal herinneren is de huidig teammanager Bart Broeder, want hij maakte toen deel uit van de A-selectie.

Barry Maguire in het huidige Veense blauw en in een jongere versie in het Bossche blauw.

Speciaal

Voor een man van het keurkorps van trainer Vink zal deze ontmoeting toch zeker een bepaald tintje hebben waar sentiment de hoofdmoot van is. Het is middenvelder Barry Maguire die aan het begin van dit seizoen aansloot bij de Veense selectie, nadat hij het welletjes vond met het bestaan van profvoetballer. De geboren Tielenaar die volgende week zijn 33ste verjaardag gaat vieren kwam uit voor FC Utrecht, VVV Venlo en beleefde buitenlandse avonturen in Noorwegen, Ierland en Singapore, en speelde ook nog kort voor TEC in zijn geboorteplaats.
Maar veruit de meeste duels speelde Maguire over een tijdsbestek van drie perioden voor FC Den Bosch. Zijn teller staat in totaal op 338 competitiewedstrijden waarvan 148 in het Bossche blauw. Dus deze club zal ongetwijfeld een speciaal plekje in zijn hart hebben temeer ook omdat het voor Barry allemaal begon in de hoofdstad van Brabant waar hij al op jeugdige leeftijd terecht kwam nadat scouts zijn voetbaltalent hadden ontdekt bij Theole.
Maar alle G.V.V.V.-fans hopen dat Barry Maguire zijn voorbereidingen op doelpunten, of directe assists daarvoor, waarvan er al vijf achter zijn naam staan in de derde divisie, nu in het Veense blauw gaat tonen en dat het sentiment en troostende woorden na afloop komen als hij met G.V.V.V. de stunt heeft voltooid.

G.V.V.V. – FC Den Bosch begint dinsdagavond 18 oktober om 20.00 uur op het sportpark Panhuis. Het bekerduel zal onder leiding staan van Dhr. A. Bos uit Elburg die langs de lijn zal worden geassisteerd door Dhr. R.C.H. van Rijn en Dhr. A.A. Mejia. Vierde official is Dhr. S.C.A. van Zuilichem.

Tekst: GVVV.nl/Bas van Capelleveen
Fotografie: Stefan Koops, Wikipedia en website FC Den Bosch
Informatiebronnen: wikipedia.nl en transfermarkt.nl

Ander nieuws

Voorbeschouwing // Wordt de progressie nu al zichtbaar?

Voorbeschouwingen | 28 november 2024
Lees meer

Voorbeschouwing // Vink c.s. hebben nog een appeltje te schillen met AFC

Voorbeschouwingen | 21 november 2024
Lees meer

Voorbeschouwing // Schenkt de A-selectie een driepunter aan de jarige club?

Voorbeschouwingen | 14 november 2024
Lees meer