Zichtbaar opgelucht verscheen Justin Spies na afloop van de wedstrijd tegen Rijnsburgse Boys bij de pers. Hij had met zijn ploeg opnieuw de complimenten ontvangen voor het veldspel, maar opnieuw werd dat niet in doelpunten uitgedrukt.
Met een glimlach kwam Justin Spies de kleedkamer uitgelopen, de muziek duidelijk hoorbaar. De lastige uitwedstrijd tegen Rijnsburgse Boys hem en zijn ploeggenoten opnieuw een overwinning opgeleverd, maar makkelijk ging het niet. “Dat klopt. Dit was mij weer een wedstrijdje. Ik ben zelf helemaal leeg.”
“Het is een lastig veld om op te voetballen. Ik denk dat wij met z’n allen de strijd hebben geleverd en die overwinning naar binnen getrokken hebben. Met drie punten naar huis: daar ben ik blij mee, echt heel blij”, klinkt Spies tevreden.
‘Echt een teamprestatie’
Toch was het niet alleen maar euforie, vond hij. “We maken het onszelf weer lastig. Dat doen wij eindelijk altijd. Wij kunnen nooit achterover leunen en met 0-2 de bus instappen. Ik denk wel dat wij dit echt als team gedaan hebben. Met elkaar hard gewerkt en met een goed gevoel naar huis.”
“De overwinning nog weggeven had zeker gekund”, blikt de doelpuntenmaker terug op de slotfase. “Op basis van de eerste helft hebben wij echt mega veel kansen gehad. We belonen onszelf niet. Dat doen wij al een paar weken niet. Ook eerder tegen ADO’20 lieten wij dat na. Nu loop je ook weer achter de feiten aan.”
‘Ik bedankt het polletje nog even’
“Krijg je de aansluitingstreffer tegen en wordt het toch weer spannend. Gelukkig hebben wij hem ook nu over de streep getrokken, maar ik telde hem al die kans van Asante. Het veld zit ons een keer mee en schiet hij over. Ik zal het polletje zo nog wel even bedanken”, grapt Spies.
Naast de driepunter is hij ook blij met zijn doelpunt. “Eindelijk weer een keertje. Dat was even geleden. Nummer zes van het seizoen. Super blij mee hoe het gaat en zo moeten wij door blijven gaan. Ik moet zeggen dat wij het als promovendus aardig doen. We hebben een doelstelling uitgesproken met elkaar en zijn aardig onderweg.”